Berenklauw en Hogweed

Ooit groeide in West-Europa alleen de gewone berenklauw (Heracleum sphondylium). Pas in de Victoriaanse tijd werden de reusachtige varianten ingevoerd om eerst Engelse tuinen op te fleuren. Daarna volgden tuinen in Westelijk Europa al snel. Iedereen wil immers graag met de heersende mode meegaan. Dat is, zoals bekend, behoorlijk uit de hand gelopen en de Nederlandse bermen, spooremplacementen en slootkanten worden tegenwoordig overwoekerd met de reuzenberenklauw (Heracleum mantegazzianum). In Noorwegen wordt diens bijna even grote broertje de Perzische berenklauw (Heracleum persicum) aangetroffen, maar die heeft onze contreien nog niet bereikt.
[Foto: www.botany.cz]
Waarom heet deze plantenfamilie in ons land ‘berenklauw’ en waarom noemen ze de berenklauw in Engeland hogweed? De Nederlandse familienaam ‘berenklauw’ hebben de planten gekregen vanwege de grote, ruigbehaarde bladeren van de (gewone) berenklauw, die vaag aan de klauw van een beer deed denken.

In Engelstalige landen noemt men de berenklauw hogweed. Dat is te vertalen als ‘varkenskruid’ of zelfs ‘varkensonkruid’. De planten waren zo onverteerbaar dat men alleen varkens geschikt vonden om ze te consumeren. En geiten natuurlijk, maar die werden deze keer over het hoofd gezien bij de naamgeving.

Geen opmerkingen:

Een reactie posten