Perzische Berenklauw

De Perzische berenklauw (Heracleum persicum) is inheem is, jawel, vochtige bergachtige regio's van Iran en wat aangrenzende landen in de Kaukasus.

De Perzische berenklauw kan, afhankelijk van de kwaliteit van groeiplaats, in het voorjaar in een paar maanden uitgroeien tot een hoogte van zo’n 2,5 meter. De plant vormt meerdere stengels. De borstelig behaarde, holle stengels met op de knopen tussenschotten zijn vanaf de basis roodbruin en tot vijf centimeter dik.
Zoals de meeste van zijn familieleden is ook de Perzische berenklauw ooit geliefd geweest als tuinplant (of een ornamental, zoals het zo mooi in het Engels genoemd wordt). In de meeste landen van West-Europa is zijn grote broer, de reuzenberenklauw, aangeplant als ‘tuinornament’, maar in Noorwegen is in de jaren 30 van de 19de eeuw de Perzische berenklauw de eerste keus geweest. Al aan het eind van die eeuw waren de eerste exemplaren al uit tuinen ontsnapt. Ondertussen is de soort in vrijwel geheel Scandinavië al een overlast gevende verwilderde plant geworden, want die Perzische berenklauw is ook al gespot in zuidelijk Zweden en Delen van Finland.

Niet veel groeit in die contreien en dus wordt de Perzische berenklauw in Tromsø, de grootste stad in Noord-Noordwegen zonder veel liefde de Tromsøpalme (‘de palm van Tromsø’) genoemd[1].
In de Iraanse keuken worden de zaden van de Perzische berenklauw gebruikt als specerij. De zeer kleine zaden zijn aromatisch en ietwat bitter van smaak. Ze worden meestal verkocht in poedervorm en veel te vaak foutief gelabeld als angelica zaad (Angelica archangelica), maar dat is een verwante schermbloemige. Het poeder wordt over tuinbonen, linzen, andere peulvruchten en aardappels gestrooid. Ook soepen en stoofpotjes worden opgepept door het berenklauwpoeder. De Iraniers geloven, net als de Indianen in Noord-Amerika, dat de berenklauw werkzaam is tegen flatulentie, een moeilijk woord voor scheten.

Wat iedereen lijkt te vergeten dat ook in het zaad de gevreesde furanocoumarines huizen. Dat betekent dat het consumeren van verpoederd zaad als specerij ook brandwonden op je lippen kan veroorzaken als je het voedsel in de zon zou gaan opeten.

[1] Alm: Ethnobotany of Heracleum persicum Desf. ex Fisch., an invasive species in Norway, or how plant names, uses, and other traditions evolve in Journal of Ethnobiology and Ethnomedicine - 2013

Geen opmerkingen:

Een reactie posten